Waarom is een mop ook een volksverhaal?
Moppen zijn korte verhaaltjes die bij uitstek in de mondelinge overlevering circuleren, en om die reden zijn het ook volksverhalen. Het woord 'mop' voor dit genre volksverhalen bestaat sinds de tweede helft van de 19e eeuw en betekent 'kort grappig stukje'. Het fenomeen is al wel ouder: in de 17e eeuw tekende advocaat Aernout van Overbeke al moppen op die hij in de dagelijkse conversatie hoorde. Grappige vertellingen werden vroeger echter 'boerden', 'kluchten' en 'uien' genoemd. De voorlopers van de huidige korte moppen waren regelmatig wat verder uitgesponnen kluchtige verhaaltjes. Ze worden in het Duits wel 'Schwankmärchen' genoemd. In zulke verhaaltjes konden meerdere grappige momenten zitten, en ze hoefden het - i.t.t. tegenwoordig - niet per se te hebben van een krachtige punchline of clou. De oudste Nederlandstalige grappige verhalen stammen uit de middeleeuwen; vanaf de late middeleeuwen werden ze gebundeld in zogenaamde kluchtboekjes. De moderne moppen zijn meestal kort en het lachmoment zit aan het eind. Moppen kunnen zich tegenwoordig ook voordoen in de vorm van een raadsel.